het eeuwige denken

Het was avond en ik werd wakker. Alleszins, dat is wat ik dacht. Ik bleek correct te zijn: het was avond, voor zover je 23:30 uur nog avond kan noemen. Sommigen zouden het nacht noemen maar nacht was bij mij een begrip dat ergens tussen 2 uur en 6 uur plaatsvond. Mijn glas bleek leeg te zijn. Ik rookte een sigaret en verbleef in gedachten. De rook steeg langzaam op, hoewel zou kunnen gesteld worden dat die dat soms nog veel langzamer deed. Daar hield ik wel van. Ook hield ik van jazz. Het openstaande raam stoorde mij. Dat gebeurt niet zo vaak, want ik ben een persoon die graag de straat hoort, hoe hysterisch luid die ook moge zijn. Ik woonde dan wel in een mooi deel van de stad, het gespuis dat desalniettemin bij mij passeerde kon wel iets van lawaai maken. Nu was het echter stil. Ik sloot het raam en schonk me nog een Absolut uit. 'Whisper Not' van Art Blakey zou me wel kunnen boeien en aldus legde ik zijn CD op. Wederom verzonk ik in gedachten. Vanwaar kwam die nood om het meisje zelf op te zoeken en waarom belde zij niet? Ze moest me niet te vaak bellen, want daar hou ik niet van, maar nu wou ik wel dat ze me opbelde. Ik stak nog een sigaret op en nipte van mijn pas uitgeschonken Absolut. Hoe zou Ramon het stellen? Slecht hoopte ik. Die klootzak zijn tijd om af te zien was gekomen. Dat is nu net het probleem met breinloze idioten: ze zien niet genoeg af. Altijd had ik het al spijtig gevonden dat er geen fysische formule was daarvoor. Iets in de trand van: dommigheid is gelijk aan de graad van afzien tot de tweede. Sommigen zouden zelfs durven stellen tot de derde, maar ik niet. Wiskunde was nooit één van mijn favoriete bezigheden geweest en al te grote uitkomsten waren bijgevolg niet iets waar ik van hield. Mijn Absolut was ondertussen weer geledigd en ik besloot eens de straat op te gaan. Opnieuw koos ik voor mijn leren vest, die nog recent had bewezen hoe goed ze me wel niet staat. Zou het meisje nog wakker zijn? Ik besloot haar op te zoeken en stak een sigaret op. Roken op straat is iets waar ik echt van kan genieten, zonder meer. Ergens zag ik een man een vrouw verkrachten. Die was niet eens wat je zou noemen een knap ding, laat staan intrigerend. Neen, ik had wel al mooiere dingen dan die griet verkracht. 'Wat een klootzak', dacht ik bij mezelf. Of zei ik dat nu luidop? Het interesseerde me eigenlijk een weinig. Ik bleek het luidop te hebben gezegd want nu kwam die klojo op mij afgelopen.
'Heb je een probleem ofzo?', vroeg hij me.
'Als je het een probleem kan noemen', repliceerde ik,'doch ik zou dat niet meteen durven stellen.'
'Is dat zo? Ik meende je anders wel die beoordeling te horen maken.' zei die loser.
Wat wou die sukkel eigenlijk van me? Ik dacht even na, hoewel nu ook weer niet zo lang.
'Ga nu maar terug dat lelijk wijf daar verkrachten' zei ik hem.
De klojo trok een mes en poogde daarmee mijn nekstreek te raken. Ik verkocht hem een schop in zijn kruis en vervolgens op zijn kop. Dat had ik ooit iemand zien doen en ik vond het wel cool uitzien, daarom dat ik het nu ook deed. De lul zeeg neer op straat. Enkele omstaanders die het tafereel hadden aanschouwd deinsden verschrikt achteruit. Shit, had ik door die loser mijn sigaret laten vallen. Ik keek even rond. Dat leek niemand te hebben gezien. Goed zo. Ik trok men jas terug recht en stapte door. Pas enkele meters verder stak ik een nieuwe sigaret op, anders hadden de omstaanders het misschien alsnog opgemerkt. De rest van de weg tot bij het meisje verliep rustig en zodus had ik weer even de tijd om in gedachten te verzinken.
Het huis had een mooie gevel, dat was me eerder niet opgevallen. De voordeur kon echter een nieuw laagje verf gebruiken. Ik belde aan. Fuck, hopelijk had die nog wat Absolut in huis want opeens herinnerde ik mij haar slechte smaak inzake wijn.
Het meisje kwam opendoen. Ze bleek nog wakker te zijn, een meevaller. Ze omhelsde me innig en gaf me een kus. Daarvan moest ik even dromen. Dat had ze gemerkt en lachte licht onstuimig. Daarvan moest ik opnieuw even dromen. Shit. Aldus stegen we de trap op, zij op kop. Ik merkte op dat haar deur een verfbeurt kon gebruiken. Ze zou binnenkort een pot verf gaan halen. Blijkbaar was ze nogal makkelijk te beïnvloeden, de trut. We betraden haar appartement en ik trok mijn jas uit. Of ik iets wou drinken, ‘een White Russian misschien’, vroeg ze me. Ik knikte instemmend. 'Graag' zei ik. Dat was gelogen. Ik had nog nooit een White Russian gedronken en eigenlijk vond ik het niet zo'n goed idee om er nu mee te beginnen. Ze ging even de keuken binnen en kwam terug met de twee drankjes.
'Je moet een bar plaatsen in je living, dat is leuker' zei ik haar.
'Ok' antwoordde ze me.
Aldus zaten we, een eerste nip nemend van ons glas, geluidsloos naar elkaar te kijken. Wat had ze een mooie lach. En die White Russian bleek eigenlijk wel lekker.
'Hmm. Lekker' zei ik haar dan ook.
Een lichte glimlach verscheen op haar gezicht en ze nam zelf nog een slok. Ik vroeg haar of ze van Jazz hield. Dat bleek het geval en ze stond meteen recht om een CD op te leggen. Dat had ik niet bedoeld, want ik had op dat moment geen zin in Jazz. Eigenlijk had ik geen zin in muziek, zonder meer. Ik liet haar desalniettemin maar even doen. Ik stak een sigaret op en bood haar ook een aan. Ze rookte, dat was mooi. Zou ze het type zijn dat altijd vergeet andermans briquet terug te geven? Die kans liet ik haar niet en bood haar vuur aan, de briquet in eigen hand houdend. Die nam ze af, en stak zelf haar sigaret op, doch gaf mijn vuur meteen ook weer terug. Ik noemde haar desalniettemin een trut. Dat leek ze niet tof te vinden. Kon mij het wat schelen wat dat wicht ervan vond. Mijn White Russian was inmiddels leeg en ze ging opnieuw de keuken in om een nieuwe uit te schenken. Ik zette ondertussen haar kutmuziek af want die begon mij overmatig te irriteren.
'Hoe maak je zo'n White Russian' vroeg ik haar. Dat bleek ze met Absolut, Kahlua en room te doen. 'En als je hem zoeter wilt nog een beetje gecondenseerde melk met suiker erbij' voegde ze eraan toe. Mooi, ze wist in één zin samen te vatten hoe je een drankje maakt. Je hebt zo van die mensen die er de volle vijf minuten over kunnen doen. Die vind ik maar niks. Meestal beginnen ze dan te lullen over hoeveel er net van elk ingrediënt in moet. Dat zou ik voor mezelf wel uitmaken, dacht ik dan altijd. Neen, mensen die meenden te kunnen uitmaken hoe ik mijn cocktails moest prepareren hebben bij mij niet veel krediet. Er hebben er al voor minder chronische aandoeningen aan overgehouden. Zo brak ik ooit iemand zijn vingers, de reden doet er nu niet toe. Het meisje sprak niet veel, zoveel was duidelijk. Ik stak nog een sigaret op. Zij wou ditmaal geen. Maar goed ook, ik hou niet van wijven die je hele pakje mee oproken. Daarom had ik altijd meerdere pakjes op zak, doch die zou ik nu dus niet nodig hebben.
Zo bleven we nog een tijdje zitten, geluidsloos, enkel onze blikken die de ruimte vulden. En dat deden ze goed. Ik zou zelfs durven zeggen dat maar weinig gesprekken de ruimte even goed hadden kunnen vullen. Dat moment van intense rust onderbrak ze.
'Wat is jouw naam eigenlijk?', vroeg ze mij.
Kut. Zou ik haar mijn echte naam zeggen?
'Roberto' antwoordde ik haar. Dat was niet gelogen.
'Mooie naam', zei ze.
Dat vond ik ook. Niet te verwonderen, want die naam had ik zelf gekozen toen ik van thuis vertrok op mijn tiende. Achteraf gezien had ik evenwel ook voor Igor kunnen kiezen, want die naam vond ik inmiddels ook leuk, maar iedereen kende me nu al als Roberto dus liet ik het maar zo. Misschien moest ik de naam Igor maar eens opnieuw overwegen?
'Je mag me ook Igor noemen' zei ik haar.
'Neen, Roberto vind ik leuker'.
Goed, dat dilemma was dan ook weer opgelost. Merkte ik in die laatste blik van haar een zekere geilheid op? Misschien wel. Ik beelde me in dat het inderdaad zo was.We passeerden nog enkele uren bij haar thuis. Hoeveel exact weet ik niet want na een tijdje was ik in slaap gevallen...

Geen opmerkingen: